Met ingang van 1 januari 2025 gelden voor de Belastingdienst bij de handhaving op de kwalificatie van de arbeidsrelatie voor de loonheffingen weer de normale regels voor het opleggen van correctieverplichtingen en naheffingsaanslagen. Dit houdt in dat er niet meer eerst een aanwijzing wordt gegeven en dat de Belastingdienst tot maximaal vijf jaar terug correcties kan opleggen.
De Belastingdienst houdt daarbij rekening met het eerdere handhavingsmoratorium en zal alleen met terugwerkende kracht corrigeren tot de datum van de opheffing, te weten 1 januari 2025. Hierdoor is sprake van een ingroeimodel tot 2030. Pas in 2030 kan de Belastingdienst weer tot maximaal vijf jaar terug correcties opleggen. Een uitzondering geldt als er sprake is van kwaadwillendheid of als een eerder gegeven aanwijzing niet in voldoende mate is opgevolgd. In die gevallen kan er worden gecorrigeerd en nageheven tot het moment waarop sprake was van kwaadwillendheid dan wel tot het moment dat de Belastingdienst de aanwijzing heeft gegeven, met een maximum van vijf jaren terug.
De inspecteur kan overgaan tot het instellen van een boekenonderzoek als ingeschat wordt dat er sprake is van grote risico’s op schijnzelfstandigheid en het risico dat de opdrachtgever blijft werken met schijnzelfstandigen. In bepaalde gevallen kan schijnzelfstandigheid direct via een boekenonderzoek aan de orde komen, bijvoorbeeld bij concrete risicosignalen die duiden op evidente schijnzelfstandigheid of als er bij controle op een ander belastingmiddel, bijvoorbeeld BTW, door de inspecteur schijnzelfstandigheid wordt geconstateerd. Ook in 2024 zijn boekenonderzoeken gedaan, en deze lopen mogelijk nog door. Tot slot kan de Belastingdienst samen met andere overheidsorganisaties een onderzoek starten.
Zoals toegelicht in de Kamerbrief van 6 september 20246 en het handhavingsplan 20257 heeft het kabinet besloten te stoppen met het beoordelen van modelovereenkomsten. Vanaf 6 september 2024 neemt de Belastingdienst geen nieuwe aanvragen of nieuwe verlengingen in behandeling. Zoals in de Kamerbrief van 6 september 2024 opgenomen, worden de lopende goedgekeurde modelovereenkomsten geëerbiedigd. De laatste modelovereenkomst loopt eind 2029 af. Naar aanleiding van de motie Van Oostenbruggen zullen alle lopende, goedgekeurde modelovereenkomsten geëerbiedigd worden tot eind 2029. Dit betekent dat de modelovereenkomsten die op 6 september 2024 waren goedgekeurd en die na 6 september 2024 maar voor eind 2029 zouden aflopen, geldig blijven tot eind 2029. Deze modelovereenkomsten worden niet verlengd maar blijven op grond van deze beslissing geldig tot eind 2029.
Opdrachtgevers en opdrachtnemers kunnen zo de goedgekeurde overeenkomsten conform de wens van de Kamer langer gebruiken. Maar niet oneindig, omdat er dan geen sprake zou zijn van het uitfaseren van modelovereenkomsten. Een voorwaarde is uiteraard dat deze modelovereenkomsten voldoen aan wet- en regelgeving en jurisprudentie. Als dat niet meer het geval is, trekt de Belastingdienst de betreffende goedkeuring van de modelovereenkomst in.
Verder kan de Belastingdienst een goedgekeurde modelovereenkomst intrekken als blijkt dat niet volgens de voorwaarden in de modelovereenkomst gewerkt wordt of kan worden. De lopende goedgekeurde modelovereenkomsten bieden alleen zekerheid voor zover opdrachtgever en opdrachtnemer daadwerkelijk werken zoals is overeengekomen in de modelovereenkomst.
Bron: Rijksoverheid
Tip: Keuzehulp voor het juiste contract
Fintool
Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668